
We hebben kleine hondjes gehad. Mensen schatte ze altijd jonger dan dat ze waren. En mensen waren altijd verbaasd dat ze al zo goed konden luisteren. Jip was tot een jaar geleden de eeuwige pup.
Vroeger toen Inge klein was waren mensen ook altijd verbaasd over Inge. Wat kan ze al goed praten, lopen en veters strikken. Haar vriendinnetjedie een half jaar jonger was en een kop groter kreeg altijd het verwijdt,” kan je dat nou nog niet”.
Nu hebben we Kai. En dat is geen kleintje ook al zie ik hem nog wel zo. Hij is nu ruim 7 maanden en groter dan een labrador. En hij heeft nog even te gaan.
Het is een slimme jongen, heeft alles snel door en doet het goed op wat er van hem verwacht wordt. Maar…het is ook een pup en puber. Dus heeft hij soms de hele snackbar in zijn oren. Hij rent dan spontaan naar kinderen, wil ze graag omhelsen en met ze spelen. Maar ook de hormonengieren door zijn lijf dus elke loopse teef is zeer aantrekkelijk. En dan wil hij maar 1 ding en dat is scoren. En dat mag allemaal niet. En dat weet hij maar wordt heel snel weer vergeten.
Ik hou het in de gaten, hij gaat gewoon aan de riem als ik het niet vertrouw, of hij wordt gecorriseerd. En soms ben ik te laat. Heel vaak krijg ik dan het verwijt dat hij zo slecht luisterd of een andere opmerking. Als ik dan zeg dat het me spijt maar dat hij nog zo jong is begrijpen de meeste mensen het wel.
Heel vaak schatten mensen hem al ouder, ik zie dit ook vaak als compliment. Dan doet hij het dus goed.
Kai is gewoon nog een kleuter, vol in ontwikkeling en het leven is een groot ontdekkingtocht.